Header

Columns 2015 2014 2012 2011 2010 2009 2008 2007 2006 2005 2004

SPANNING STIJGT!
(23 januari 2013)
 

De Duitse centrale bank (Buba) heeft na steeds heftiger aandringen vanuit een aantal kritische kringen schoorvoetend toegegeven aan de druk om het in het buitenland (V.S., V.K., Frankrijk) opgeslagen goud althans deels naar huis te halen. Hiermee wordt een duidelijk signaal afgegeven. Of anders: goud is blijkbaar nooit “weg” van weggeweest! Klaas Knot, wat gaat gij doen?

 

Deze welhaast historische manoeuvre betekent dat de ‘bullion banks’ w.o. JP Morgan, HSBC, Bank of Nova Scotia etc. hun manipulaties (op basis van de “aanwezige” reserves in New York en Londen) op de COMEX op z’n minst zullen moeten matigen. Tot dusver werd bereikt dat de prijs van zowel goud als zilver nog “redelijk” onder controle bleef. Echter, als de kelder leeg begint te lopen is het met dat “fractionele” spelletje snel gedaan. Immers, het risico van deze banken stijgt naarmate de kelder verder leegloopt. Die leegloop werd al ingeluid door landen als China, Korea, Taiwan en Venezuela. Zwitserland volgt wellicht.

 

Zonder voldoende tegenwicht op de COMEX zullen goud en zilver binnen de huidige monetaire ontwikkelingen hun eigen middelpuntvliegende waarde weten te vinden en pas dan zal duidelijk worden dat onze papieren “flappen” niet veel meer waarde blijken te hebben dan toiletpapier bij de drogist. Dat lijkt thans nog onvoorstelbaar, omdat die perceptie bij het grote publiek nog niet aanwezig is!

 

Wat waren de moverende redenen van de Buba om “om” te gaan. Op de achtergrond speelt nog altijd de paranoia voor een nieuwe hyperinflatie zoals ten tijde van de Weimar Republiek in de jaren ’20. Om die reden heeft de Buba in tegenstelling tot andere banken w.o. onze DNB nooit goud verkocht. Je mag aannemen dat bij dit besluit drie zaken voorop stonden:

 

1)      het bewaken van het vertrouwen op het thuisfront (er komen weer verkiezingen)

2)      om valutatransacties te kunnen blijven doen op basis van het goudvertrouwen

3)      het mogelijke uiteenvallen van de eurozone

 

Sinds 1971 diende het goud niet langer als basis van valutatransacties. Als zodanig is er in Duitsland met een totaal bezit van 3392 ton goud, de tweede grootste voorraad na de V.S., na alle “papieroperaties” zoveel wantrouwen en onrust ontstaan dat de Buba uiteindelijk meende actie te moeten gaan nemen. Na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie bestond er in feite al geen dringende reden meer het goud in het buitenland aan te houden.

 

Wat kennelijk begint door te dringen is dat de waarde van goud wezenlijk de waarde van alle kapitaal, arbeid, goederen en diensten vertegenwoordigt en niet het papier, juist omdat dat niet langer tegen goud inwisselbaar is.


Opvallend is trouwens dat het retourtransport wordt uitgesmeerd over een periode van maar liefst zeven jaar. Vermoedelijk omdat die hoeveelheid (zie beneden) er niet meer ligt en dient te worden bijgekocht. Voorts gaat het niet om de gehele buitenlandse voorraad maar slechts om 50%. Wel wordt de voorraad uit Parijs in z’n geheel teruggehaald, omdat er geen handel in goud plaats vindt. De plaatsing in Parijs werd destijds gedaan voor de Franse gemoedsrust, na drie oorlogen. Zie verder onderstaand staatje van de World Gold Council.

Maar dit uitsmeren heeft vast nog een andere reden. Zou men echter op stel en sprong de gehele voorraad opeisen dan zou dat in de financiële markt als een directe motie van wantrouwen tegen het monetaire systeem worden opgevat. De gouden standaard is hiermee  desalniettemin een beetje dichterbij gekomen, temeer omdat ook centrale banken in Azië en Latijns-Amerika voortdurend volop aan de koopzijde op de goudmarkt opereren. Kort geleden bestempelde Ben Bernanke het goud nog als een barberic relic, later afgezwakt tot tradition.

 

Tikkende Tijdbom

Al menigmaal werd de TT aanduiding in deze column gebezigd en onderwijl tikt hij nog steeds “vrolijk” verder. De schuldafbouw naar een beheersbaar niveau is een gepasseerd station en “onze” beleidsmakers kunnen geen kant meer uit. Het blijft dus bij het adagium ‘kicking the can down the road’, onderbouwd met voornamelijk verbale uitspraken.

 

In de V.S. met de ‘fiscal cliff’ is het al niet beter. De dollar staat op een pyramide van schuld. Bij de tweede ronde volgende maand zal er toch meer boter bij de vis moeten op straffe van het verlies van het tweede A’tje van de kredietstatus. Het systeemrisico in de reservevaluta zou dan weer een nieuwe dimensie krijgen. Immers, de Treasuries vormen ter ondersteuning van de $600 + biljoen aan derivaten het meest gebezigde onderpand. Elke margin trader weet wat de implicaties zijn van een margin call. Een sell off  op dit terrein zou van het Lehman débâcle maar een nano incidentje maken. Indien nog een A’tje minder een renteverhoging tot gevolg heeft dan impliceert elke stijging met 100 basispunten ruim een extra $100 miljard toevoeging aan de staatsschuld die nu al op ca.100% van het BBP staat.

 

Is het misschien tegen dat licht dat er vanuit de Federal Open Market Committee (FOMC) het  woord ‘concern’ (zorg) in de mond werd genomen gezien de oververhitting in de obligatiemarkt? De oververhitting werd bewerkstelligd door diezelfde Fed om de rente laag te kunnen houden. Nu wordt er gezegd: ‘we must not ignore the possibility that the low-interest rate policy may be creating incentives that lead to future financial imbalances’ (we dienen rekening te houden met de mogelijkheid dat het lage rentebeleid niet tot toekomstige financiële verstoringen leidt ofwel niet tot oplopende rente en inflatie). Met dit rentebeleid valt er nauwelijks of geen rendementsgaren meer te spinnen en bestaat de kans dat er bij gebrek aan beter massaal vanuit obligaties richting aandelen wordt gekoerst.

Zou de Fed op goed moment het verruimende QE beleid willen matigen door minder staatspapier op te kopen dan wordt precies bereikt wat men evenmin wil: een oplopende rente en lagere beurskoersen. Kortom, de Fed staat met de rug tegen de muur. Op dit risico is in deze column al geruime tijd geleden gewezen. Bij een rente van 1,82% op 10-jarige staatsobligaties betaalt de belegger 54 maal de opbrengst, terwijl dat voor de S&P maar 17 maal (16 maal is het langjarig gemiddelde) de winst is. Die koers/winstverhouding is gegeven de dreigende marktverstoringen al veel te hoog! Gelet op de Amerikaanse beursindices die weer op een nagenoeg all time high staan, lijkt er juist geen vuiltje meer aan de lucht te zijn.

  

Onderstaand wordt nog eens duidelijk in hoeverre het gezamenlijke balanstotaal van de grootste centrale banken (V.S., EU, V.K., Japan) uit het lood is geschoten in vergelijking met de groei van het onderliggende BBP. Alleen als deze groei nog een enigszins synchroon verloop met de schuldgroei zou hebben, is er sprake van rechtvaardiging. Buiten het edelmetaal is er geen enkele referentie meer die de toekomstige paniekvraag zal weten op te vangen anders dan middels een exorbitante waardestijging, lees verpulvering van de koopkracht van het bankpapier.

 

Men zegt wel dat regeringen geen goud kunnen drukken maar ze hebben dat intussen wel in een veelvoud van het al dan niet opgebaarde goud in fiatpapier gedaan. Deze papieren ‘claims’ op het goud alsmede op zilver werden in de markt tot dusver breed geaccepteerd alsof die claims gewoonweg niet bestaan. Stellig zal deze overweging “in het achterhoofd” van de Buba hebben meegespeeld.

 

Terzelfder tijd vindt er een soort politisering van het centrale bankbeleid plaats dat een voedingsbodem vormt voor ongekende valutaspanningen, eindigend in een ‘race to the bottom’ van al het bankpapier. Met de jongste van bovenaf (premier Abe) gedecreteerde afgekondigde ongelimiteerde QE maatregelen om de inflatie “enigszins” aan te wakkeren, lijkt de lont in dit kruitvat nu in Japan te zijn ontstoken.

 

Een andere lont ligt er in het geschil tussen Japan en China rond de Senkaku/Diaoyu eilanden, waar China nu bezig is het Amerikaanse schild jegens Japan te testen. Dit kan volgens de Amerikaanse minister van Defensie Leon Panetta leiden tot een confrontatie tussen de drie machtigste mogendheden. In tijden van spanningen is er al snel een casus belli gevonden. Kijk maar naar de aanleiding tot WO I of Amerika’s wijze van betrokkenheid bij WO II.

 

Zo verging het in elk geval het Romeinse Rijk en lees ook even de tekst van Marcus Cicero linksonder.

 

Tenslotte

Opvallend vreemd blijft dat de financiële wereldpers zich in deze kwesties nauwelijks of niet laten zien. Zelfs gezaghebbende media als de Wall Street Journal en de Britse Economist eten kennelijk liever van “de gevulde koek” die de centrale bank hen voorhoudt. Zo is er bijvoorbeeld nooit navraag gedaan naar een zgn. vertrouwelijk opgesteld memorandum van het IMF daterend uit 1999, waarin staat dat centrale banken bezwaar hebben gemaakt tegen het openbaar maken van zgn. gold swaps en leases, omdat deze nu eenmaal haaks staan op hun geheime marktinterventies.

 

De pers gaat in feite voorbij aan het feit dat deze interventies namens de gehele bevolking (die straks voor de gevolgen opdraait!) plaats vinden zonder dat hiervan ooit tekst en uitleg is gegeven. Als blijkt dat het ergste van de eurocrisis nog moet komen (Draghi!), ervaart de burger dat als bewijs dat zich tegen de autoriteiten keert. De directe grond voor de Franse Revolutie indachtig is dit voer voor een nieuwe revolutie.  

 

Robert Broncel

Copyright, 23 januari 2013

 

NB. deze column gaat ook naar DNB; het eventuele antwoord treft u hopelijk in de e.v. editie.

 
 

<< vorige

volgende >>

 

 
 

Disclaimer Portefeuille 

Hoewel alle berichtgeving alsmede de fondsprofielen met de grootste zorg worden samengesteld en uitgebracht, kunnen geen waterdichte garanties worden verstrekt. Wel wordt de berichtgeving vanuit eigen bron zowel als van externe professionele research pas na due diligence naar buiten gebracht. De deelnemer is te allen tijde zelf verantwoordelijk voor de opvolging alsmede de aan- en verkoopbeslissingen die hij/zij hieraan ontleent. 

Het portefeuillebeheer blijft onder het ressort van Robert Broncel, waarbij de deelnemer de vrijheid heeft al dan niet opvolging te geven aan de aanwijzingen ter zake. Het kan voorkomen dat door onvoorziene omstandigheden berichten te laat worden opgenomen zonder dat hiervoor verantwoordelijkheid kan worden genomen. Voorts zal de waarde van de portefeuille fluctueren en kunnen er nooit garanties voor de toekomst aan worden ontleend. 

Het intellectueel eigendom van de portefeuille, analyses en copyrights liggen bij Robert Broncel. Verder mag er zonder toestemming NIETS van deze site worden gekopieerd of op de een of andere wijze elders worden weergegeven.

2011 © Robert Broncel