Header

Columns 2015 2014 2013 2012 2011 2010 2009 2008 2007 2006 2005 2004

Slotfase IV

(21 juni 2016)

 

Na de laatste op z’n minst matige werkloosheids- c.q. werkgelegenheidscijfers dreigt het rentespook  zelfs een ‘spooky’ aangezicht te krijgen nu de eerstvolgende rente- verhoging verder weg lijkt dan de gehele Federal Reserve Board bij elkaar had gewenst. In dat kader was het treffend dat CNBC’s Steve Liesman Fed Chief Janet Yellen verraste met de vraag of ze nu misschien een ‘credibility  problem’ voorzag en voorts met de vraag of indien de huidige condities niet ‘sufficient’ zijn om de rente te verhogen, wat dan de volgende stap is? Precies de crux die in deze column al sinds 2009 (start van de QE) aan de orde is gesteld en wijst op het feit hoe dicht de Fed thans afstevent op de bekende handdoek in de ring.

 

Het wordt duidelijk dat de Fed niet langer de leidende factor in de markt is maar de markt eerder de Fed begint te dicteren. We kunnen er van uitgaan dat er ook in juli geen renteverhoging komt en een daling zelfs meer relevant is. Of op een vraag aan Gerrit Zalm als bestuursvoorzitter van ABN/AMRO in een recent interview met BNR wat de centrale bank de facto dan zou moeten doen, was het antwoord: “niets”. Intussen verkeren we in een complete fantasiewereld, waarin we ons gelaten de  “fantasievolle” rentevoeten, illiquide banken en tegelijk de ongelimiteerde monetaire liquiditeiten van de centrale banken, ‘bogus statististics’ en “gevogelde” financiële markten als symptomen van een volstrekt  vastgelopen en uitgewoond monetair systeem aan ons voorbij laten gaan.

 

Het edelmetaal is mede als gevolg van de Brexit dreiging verder opgelopen, maar nu de angst daarvoor wegebt, bleek het een koud kunstje de prijs ondanks een extreem hoog uitstaand aantal ‘long’ posities weer “bij te stellen”. Evenwel,  zonder de interventies van ‘da boyz’ op de COMEX zouden goud en zilver intussen een totaal ander beeld hebben laten zien. Een forse prijssprong zou voldoende zijn voor de definitieve prik in de vertrouwensballon in de wetenschap dat goud en zilver alsmede de aandelen in deze sector verreweg de goedkoopste vermogensklassen op Gods aarde blijken te zijn.

 

Maar laten we ook even vooruit kijken. Wat zouden onze beleidsmakers nu kunnen doen om uit de hopeloze impasse van het niet meer kunnen af- en inlossen van de onbetaalbaar hoog opgelopen schulden te geraken? Eigenlijk is er maar één oplossing en dat is de schulden in reële termen weg inflateren (Eng.: inflate) middels gecoördineerde valuta devaluaties tegen een nieuwe goudpariteit, zoals dat in het verleden ook het geval is geweest. Er zou dan een valuta eenheid (SDR?) gecreëerd dienen te worden, waartegen goud op basis van een vooraf vastgestelde ruilvoet zou komen te staan teneinde de prijsniveaus op een zodanige voet te brengen dat daarmee de wereldwijd uitstaande schulden weer in een geloofwaardige verhouding op de balans van de centrale banken prijken. Dat impliceert echter een opwaardering van het goud als gevolg waarvan onvermijdelijk een hyperinflatie in alle bodemstoffen en afgeleide producten van een ongekende omvang zou ontstaan met diep snijdende gevolgen voor de burger. Dat is precies de focus van mijn Strategische Modelportefeuille. ‘Kicking the can down the road’ levert “slechts” het omgekeerd evenredige resultaat op.

Hoe ondertussen de integrale opwaardering van het goud ondanks alle verwoede machinaties op de COMEX in New York vordert, moge blijken uit onderstaand overzicht.

 

De ‘heading’ ervan is slecht te lezen maar staat voor: % of Global GDP (in USD), resp. Currency en Performance. Het gaat om de goud performance in één, vijf en tien  jaar in termen van de valuta’s van de 15 grootste economieën gelijkwaardig aan bijna 77% van het mondiale BBP. Hieruit valt af te lezen dat de ervaring van goudbezitters in verschillende landen een gedifferentieerd beeld oplevert. Een Rus zou bijvoorbeeld z’n koopkracht in roebels over de laatste 10 jaar met bijna 370% afgewaardeerd hebben gezien, alleen te voorkomen door z’n roebels tijdig om te zetten in goud. Anderzijds had je als wereldburger ook een winst van 370% hebben kunnen realiseren door goud te bezitten en daartegen roebels te ‘shorten’. Voor de euro blijft de wijzer staan op “slechts” 120,3% en voor de dollar op 94,2%. Het verschil is te danken/wijten aan de onderlinge verschillen in de valutawaarderingen.

 

Goud is hoe dan ook de eeuwige constante binnen alle fluctuerende valuta’s. De performance van goud in deze tabel heeft in feite als zodanig niets te maken met de goudprijsontwikkeling maar puur met de performance van de valuta’s waarin de goudprijs wordt uitgedrukt. Op de keeper beschouwd zouden we niet dienen te spreken van een goudprijs in papier maar omgekeerd van papier in goud en pas dan blijkt dat het mondiale monetaire systeem (alleen al) de laatste 10 jaar met bijna de helft (47%) heeft ingeboet. Een realiteit die bij “onze” centrale bankiers als “schatbewaarders” maar al te goed bekend is. Alleen hoor je ze er nooit over omdat goud na de loskoppeling in 1971 als de “vervaarlijkste” spelbreker van het monetaire systeem wordt beschouwd. Derhalve worden er econometrische modellen gebouwd waarin de relatie met de kredietgroei tot de vraaggroei wordt gedefinieerd en zo de vraaggroei met de productiegroei, de productiegroei met inflatie en werkgelegenheid, etc. Een heilloze modellerie! Sterker, het mondiale monetaire fiatregime overziende zouden centrale bankiers met goud moeten omgaan als een ‘market based’ inflatie indicator en juist niet als een potentiële concurrent van de valuta’s waarin dagelijks wordt gehandeld. We zouden dan dezelfde econometrische modellen kunnen hanteren op basis van goud in plaats van dat van “de papieren tijger”. Hiermee zouden we economische “mandaten” kunnen vestigen als voor stabiele prijsniveaus, volledige werkgelegenheid, geen “gevogel” met economische cijfers en financiële markten om op deze wijze niet alleen economische maar ook politieke rust te bereiken. Bovendien hoeven we niet langer te proberen uit onze schulden te groeien maar kunnen we ons ook veel zinvoller bezig houden met het herstel tot een evenwichtiger milieu en klimaat in plaats van ons te blijven storten in buitensporige massaconsumptie en een ontoelaatbare vervuiling van onze “aardkloot”.

 

Nu goud weer door centrale banken wordt gekocht (vnl. Verre Oosten) in plaats van verkocht geeft intussen de relevantie van goud aan als een onvervangbaar monetair ijkpunt. Daartegen steekt schril af dat goud ‘by far’ het meest ondergeschoven kindje in de vermogensportefeuilles blijkt te zijn. Schattingen lopen uiteen van 2% à 3%, met name terug te vinden in Aziatische portefeuilles. Nu is edelmetaal ten principale geen belegging maar vormt de koopkrachtspilfunctie die sinds de loskoppeling zodanig is verwaarloosd dat onze beleidsmakers in staat bleken de papieren koopkracht ervan juist totaal uit te wonen. Onvergeeflijk? Ja, maar ook de intellectuele bovenlaag heeft voor het overgrote deel zitten “slapen” of althans niet aan de bel getrokken.

 

De reële opbrengsten (inflation adjusted yields) blijken nauw gecorreleerd te zijn (zie chart beneden). Goud met een 0 opbrengst deint invers op de opbrengsten uit financiële vermogenswaarden maar wat zou er nu gebeuren als de mondiale rentevoeten verder onder 0 duiken om het krediet nog goedkoper te maken? Deze correlatie zou dan op goed moment breken wanneer geen enkele andere stimulus van een centrale bank anders dan QE inflatie voortbrengt. Tevens zou dan het systeem het begeven en is er meer dan ooit werk aan de winkel voor een nieuwe generatie centrale bankiers om een nieuw systeem op te tuigen als dat al zonder sociale onrust zou kunnen worden bewerkstelligd. Intussen laat ruim een derde van de mondiaal uitstaande staatsschuld volgens Zerohedge een negatieve ‘yield’ zien.

Hieronder in vogelvlucht de laatste renteoverzichten waarbij fijntjes werd gewezen op de gevolgen van een rente ingreep in Japan in het jaar 2000/1 die na 7 maanden weer van 0,25% naar 0,15% verlaagd moest worden. Het is buitengewoon opvallend dat er zo weinig van de achter ons liggende historie wordt opgestoken, terwijl het verleden van alle tijden toch de goedkoopste leerschool is.   

Afgaande op de ontwikkelingen in Japan ligt de conclusie voor de hand dat we nog “even”op het randje van de afgrond zouden kunnen blijven bivakkeren alvorens er in te lazeren, alhoewel premier Abe (van de ‘nomics’ maar kennelijk heeft hij niets bijgeleerd!) niet langer wilde verbloemen dat de stand van de wereldeconomie vergelijkbaar is met die in 2008. Hij deed deze uitspraak op de recente G-7 bijeenkomst in Tokyo (V.S., Canada, Duitsland, U.K., Frankrijk, Italië en Japan). Was deze uitspraak bedoeld als “een vrijgeleide” voor z’n mislukte beleid? Niet onwaarschijnlijk!


Deze uitspraak viel samen met de slotverklaring ‘that these countries had strengthened the resilience of their economies in order to avoid falling into another crisis’. Jawel, door meer overheidsuitgaven ter ondersteuning van het huidige monetaire beleid. Verder werd er stil gestaan bij een mogelijke Brexit. Zelfs als dit niet gebeurt, blijft een hopeloos verdeelde U.K. achter dat een ‘pain in the neck’ van de EU zal blijken te zijn zonder bij te dragen tot noemenswaardige stabiliteit binnen de regio.  

 

De uitsluiting van niet minder belangrijke landen als de BRICs buiten de G-7 maakt niet alleen deze bijeenkomst tot een aanfluiting maar vormt evenmin een bijdrage tot meer stabiliteit in deze ueberhaupt vermaledijde wereld. Ook dat is een spanningsveld verhogende factor. Vanuit Beijing (waar men nooit het achterste van de tong laat zien) kwam het signaal “dat men niet moest denken om over de (maritieme) belangen van dit land heen te kunnen walsen”. In een later uitgegeven perscommuniqué werd vooral de nadruk gelegd op “een constructieve rol” die de V.S. met name in de Zuid-Chinese Zee zou moeten spelen”. Hieraan werd verder geen invulling gegeven.

 

Intussen wordt met omvangrijke oefeningen in de Baltische regio de druk op Rusland opgevoerd waarbij puur geanticipeerd wordt op een Russische aanval. Aan de Russische zuidflank wordt de druk eveneens opgevoerd met het sturen van de ‘guided missile destroyer’ USS Porter naar de Zwarte Zee waar ook reeds “een paar” andere Amerikaanse marineschepen alsmede twee vliegdekschepen (in de Middellandse Zee) positie hebben gekozen. Rusland antwoordde met niet nader te noemen “specifieke maatregelen”. Vanuit betrouwbare bron weet ik dat er voortdurend koortsachtig overleg in het Kremlin plaats vindt, waarbij met diverse scenario’s wordt rekening gehouden. Met een Russische vloot in de achtertuin (Mexicaanse Golf) zouden de Amerikanen bepaald paranoid zijn geworden en alvast “vanuit de heup” beginnen te schieten.  

 

‘For what’ dient de confrontatie met Rusland dermate op de spits te worden gedreven? Vanwege de Krim of prevaleert de ongewisse uitkomst van het huidige internationale monetaire beleid (om de aandacht af te leiden)? In elk geval, Duitslands minister van Buitenlandse Zaken Steinmeier sprak over dit wapengekletter z’n grote bezorgdheid uit terwijl havik en oud NAVO S.G. de Hoop Scheffer op BNR daarentegen juist de keerzijde koos zonder zich af  te vragen welke gevolgen een eventuele directe confrontatie zou hebben. Laten we de vrede koesteren en moge in de slotfase van dit monetaire tijdperk het gezond verstand ‘by all means’ prevaleren!

 

 

Robert Broncel


Copyright, 21 juni 2016  

 

 

PS. aan de hand van de vele positieve reacties geef ik graag gevolg door deze column opnieuw op te sturen aan “de hotemetoten”.

 

PS. U kunt eenmalig gebruik maken van mijn aanbod in te schrijven op een update van de Strategische Modelportefeuille voor €150.                                             

 
 

 

<< vorige

volgende >>

 

 
 

Disclaimer Portefeuille 

Hoewel alle berichtgeving alsmede de fondsprofielen met de grootste zorg worden samengesteld en uitgebracht, kunnen geen waterdichte garanties worden verstrekt. Wel wordt de berichtgeving vanuit eigen bron zowel als van externe professionele research pas na due diligence naar buiten gebracht. De deelnemer is te allen tijde zelf verantwoordelijk voor de opvolging alsmede de aan- en verkoopbeslissingen die hij/zij hieraan ontleent. 

Het portefeuillebeheer blijft onder het ressort van Robert Broncel, waarbij de deelnemer de vrijheid heeft al dan niet opvolging te geven aan de aanwijzingen ter zake. Het kan voorkomen dat door onvoorziene omstandigheden berichten te laat worden opgenomen zonder dat hiervoor verantwoordelijkheid kan worden genomen. Voorts zal de waarde van de portefeuille fluctueren en kunnen er nooit garanties voor de toekomst aan worden ontleend. 

Het intellectueel eigendom van de portefeuille, analyses en copyrights liggen bij Robert Broncel. Verder mag er zonder toestemming NIETS van deze site worden gekopieerd of op de een of andere wijze elders worden weergegeven.

2011 © Robert Broncel