Header

Columns 2017

2016

2015 2014

2013

2012

2011

2010

2009

2008

2007

2006

2005

2004

ANDERE TIJDEN
(9 januari 2018)

Tijdens mijn veelvuldige verblijven in de voormalige Sovjet-Unie heb ik me dikwijls afgevraagd hoe lang dat rigide systeem het nog zou weten vol te houden. Al ras werd toen mijn vraag overtroffen door die van dissident/schrijver Andrej Amalrik met zijn boek “Haalt de Soviet-Unie 1984 nog?” daterend uit 1969. Hij zat er niet zo ver naast. Een soortgelijke vraag kwelt me vijftig jaar nadien opnieuw na de in 2008 ontstane crisis die met de mantel der onuitputtelijke geldverruiming (QE) werd afgedekt, een soort schuimkraag.

Waar de mensen in de SU destijds met kunst- en vliegwerk bezig waren in hun dagelijkse levensbehoeften te voorzien, gaat het er bij ons heden ten dage  meer om welke vakantie we binnenkort zullen boeken en op welke wijze we het beste invulling kunnen geven aan de verworvenheden van het digitale tijdperk. Een wereld van verschil met een poel aan schuld die toch eens verrekend zal moeten worden. Afgezien van enkele dissidenten lag men in de SU niet wakker van welke feilen dan ook.‘Why worry, be happy’ was het parool. Dat is ook wat de beleidsmakers ons hier willen doen geloven. Alleen Janet Yellen, wier termijn als Fed president er op zit, kon zich nu laten ontvallen dat ‘this type of thing should keep people awake at night’. Dat had ze natuurlijk al als vice president moeten zeggen onder voorganger Bernanke. De V.S. en de wereld zit intussen opgezadeld met de volgende situatie:

Als gevolg van het opblazen van de geldhoeveelheid zijn alle vermogensklassen: obligaties, aandelen, vastgoed en kunst hiermee bijna lineair opgeblazen en kunnen we bijgevolg spreken van een ongeremde asset inflatie. Zo is de marktkapitalisatie van de Amerikaanse beurs gestegen tot ruim 140% van het Amerikaanse BBP, net iets onder het hoogtepunt in het jaar 2000, waarbij 100% al een zeer “ruime beloning” zou zijn. Op grond hiervan zou een crash inclusief “de penduleswing” zo maar een stand van 70% of circa de helft kunnen opleveren.

De sterk verlaagde belastingtarieven en daarmee de hoge economische groeiverwachtingen zorgen nog voor een extra impuls. Te zelfde tijd lopen de hypotheekbetalingen op terwijl de besparingen opnieuw een daling laten zien.

Een andere opvallende ontwikkeling is de sterk gegroeide margin debt op aandelen (gekocht met geleend geld) vanaf 2016 met bijna $150 miljard naar $580 miljard.

Het QE beleid vanaf 2009 heeft geresulteerd in een gigantische schuldproductie niet alleen binnen de V.S. maar wereldwijd, zodanig dat het mondiale bruto nationaal inkomen nu minder dan een derde van de totale mondiale schuldhoogte weet te dekken of anders: de mondiale toekomst is bijgevolg driewerf beleend!

Terwijl de bezitters van aandelen, vastgoed en kunst hun vermogen zagen toenemen, zijn de inkomens nog nauwelijks gestegen. Hierdoor ontstaat een tweedeling in de samenleving die een zekere sociale instabiliteit met zich meebrengt. Sociale instabiliteit leidt doorgaans weer tot politieke instabiliteit, niet bevorderlijk voor de economische groei die zo nodig is tegen de achtergrond van het schuld ‘complex’. Een niet wenselijk scenario.   

Hoe sterk de scheefgroei is toegenomen moge blijken uit de stijging van de S&P op een stand van 1115 in 2010 naar ca. 2750  punten thans of een stijging met bijna 150%. De grootste stijging deed zich evenwel voor in de afgelopen twee jaar met bijna 40% (zie chart). GMO’s  Jeremy Grantham wees daarbij op de thans optredende versnellingsfactor als indicator van een gevoelige beursval die hij verwacht bij een stand tussen 3400 en 3700 punten. Op grond van deze verwachting hebben we dus nog even te gaan maar hoe sneller “dit oploopproces” zich voltrekt, hoe sneller ook de crash in zicht komt. De Dow’s stijging van 24000 naar 25000 punten vergde slechts 23 beurssessies en niet meer dan 30 dagen om van 23000 naar 24000 punten te stijgen, terwijl de stijging vanaf 2010 geen enkele serieuze negatieve interruptie kende. Deze (onnatuurlijke) bull run staat nu als langste in de geschiedenisboekjes te boek.  De vraag is nu waar het breekpunt komt te liggen bij een verdere verhoging van de rentevoet.

Zie hieronder een opsomming van de grootste schuldenlanden uit de jongste editie van het Amerikaanse zakenblad Fortune, met opgeteld de overheidsschuld, de particuliere alsmede de bedrijfsschulden in die volgorde. Daarbij blijkt de meeste overheidsschuld zich in de ontwikkelde landen voor te doen met Japan (derde economie) als prominente uitschieter maar minder gevaarlijk, met het gros van de schuld in binnenlandse handen.  Let wel, dit zijn de belangrijkste maar lang niet alle landen.

Op welke wijze menen centrale banken de financiële markten in hun afhankelijkheid van extreme monetaire stimuleringen te kunnen normaliseren? Simpel door de stimuleringen te stoppen en de rente te verhogen, even los van alle inflatiedruk? Een verslaafde van zijn verslaving afhelpen is vele malen gemakkelijker. Aan de hand van de totaal uitstaande schulden ad $230 biljoen (12 nullen) kom je mondiaal bij een renteverhoging van 1% al snel op $2.300 miljard aan extra lastendruk. Bijgevolg wordt de core functie van het systeem (krediet c.q. liquiditeit) bij elke renteverhoging verder onder druk gezet.

Zoals in vorige columns reeds aangegeven hebben de centrale bankiers zich met hun QE beleid in de afgelopen jaren volledig in hun jas weten te naaien. Bij voortgaande QT of quantitative tightening door de Fed – verhogen van de rente en afbouw van de bond portfolio – zal bij dit aanbod de prijs dalen maar zullen de yields juist oplopen. Intussen heeft de 2-jaars Treasury yield het gemiddelde S&P dividend op 1,76% ingehaald. Tevens luidt de verwachting dat de meest populaire 10-jarige bond yield tot boven 3% zal stijgen. Let wel, we hebben het hier over een markt die bijna vier maal groter is dan de aandelenmarkt, waarop het breekpunt zich hoogstwaarschijnlijk het eerst zal aftekenen.

In mijn laatste Bitcoin column meldde ik de waarschuwing die uitging van de Bank of International Settlements (BIS) in Basel als gevolg van het voortgaande optimisme op de financiële markten niettegenstaande het nu op gang gekomen nieuwe Fed beleid. Er werd bij gezegd dat ‘conditions are similar to those before the crisis’. Dergelijke waarschuwingen gingen ook uit in de jaren 2006 en 2007 duidend op de ‘unstable levels of bank lending on risky assets’. Er werd daarbij met name gewezen op de ‘feel good euphoria’ op de financiële markten. Ook nu lijkt het alsof “andere tijden” daar nog niet zijn doorgedrongen. 

Evenmin heeft de opkomst van de crypto munten de beurzen beïnvloed of het moet zijn dat men er van uitgaat dat deze activiteit straks tot valsemunterij zal worden bestempeld. Het edelmetaal lijkt zich sinds kort te ontworstelen aan het strakke manipulatiebeleid op de COMEX maar of de huidige beweging een kentering inluidt valt vooralsnog te betwijfelen. Doorgaans volgde op een dergelijke beweging een forse afstraffing “om het sentiment bij te stellen”. Indien dit niet mocht gebeuren dan is er sprake van een geheel nieuwe situatie als inleiding tot een sterke stijging van goud en wellicht nog meer voor zilver, mede aangedreven door de sterke opmars van de crypto’s.

Tenslotte werd me gevraagd een oplossing aan te dragen ter bestrijding van de gevolgen van de collapse van het huidige systeem. Ik zou geen betere weten dan “als de wiedeweerga alle volwassen onderdanen van een zodanige overheidssubsidie (het fiatgeld is in feite toch van nul en generlei waarde meer) te voorzien om daarmee verplicht voldoende goud en zilver tegen de huidige gemanipuleerde marktprijs te verwerven als compensatie voor het gedelfde koopkrachtverlies”. De Nederlandse staat zou er met de vermoedelijke (hopelijk onbeleende) goudvoorraad van ruim 600 ton bij een reset niet dramatisch onder hoeven te lijden. Een beetje meer zou natuurlijk geen kwaad kunnen. Hiermee zou sociale onrust op brede schaal kunnen worden voorkomen. Voor eventueel andere suggesties sta ik open.

Beide charts van resp. goud en zilver luiden in euro’s.

Robert Broncel

Copyright, 9 januari 2018

PS. deze column wordt ook verzonden aan de president van DNB.

 
 
 

 

<< vorige

volgende >>

 

 
 

Disclaimer Portefeuille 

Hoewel alle berichtgeving alsmede de fondsprofielen met de grootste zorg worden samengesteld en uitgebracht, kunnen geen waterdichte garanties worden verstrekt. Wel wordt de berichtgeving vanuit eigen bron zowel als van externe professionele research pas na due diligence naar buiten gebracht. De deelnemer is te allen tijde zelf verantwoordelijk voor de opvolging alsmede de aan- en verkoopbeslissingen die hij/zij hieraan ontleent. 

Het portefeuillebeheer blijft onder het ressort van Robert Broncel, waarbij de deelnemer de vrijheid heeft al dan niet opvolging te geven aan de aanwijzingen ter zake. Het kan voorkomen dat door onvoorziene omstandigheden berichten te laat worden opgenomen zonder dat hiervoor verantwoordelijkheid kan worden genomen. Voorts zal de waarde van de portefeuille fluctueren en kunnen er nooit garanties voor de toekomst aan worden ontleend. 

Het intellectueel eigendom van de portefeuille, analyses en copyrights liggen bij Robert Broncel. Verder mag er zonder toestemming NIETS van deze site worden gekopieerd of op de een of andere wijze elders worden weergegeven.

2017 © Robert Broncel