Header

Columns 2017

2016

2015 2014

2013

2012

2011

2010

2009

2008

2007

2006

2005

2004

ANDERE TIJDEN (II)
(11 maart 2018)

‘We are in a bond market bubble while rising long-term rates will ultimately push the US economy into a state of stagflation’, zo waarschuwde ‘good old’ Fed Chief Alan Greenspan opnieuw in een interview op CNBC op 2 maart. Hoe geloofwaardig is hij nog als ‘QE trendsetter’ of probeert hij z’n carrière alsnog enige glans te geven? In elk geval trekken de financiële markten er zich tot dusver weinig van aan, dus ‘why worry, be happy’, onderstreept met de viering van de langste bull market sinds 9 maart ’09 met een plus van 1,75%! 

Schuldgroei, stijgende rentes in een matig groeiende economie vormen evenwel de meest ideale  cocktail voor een economisch scenario dat we sinds de jaren ’70 niet meer hebben gekend. De Dow zwalkte in die tijd (’70 – ’80) onafgebroken rond het niveau van 800 punten, een niveau dat voor de meesten onder ons als uit lang vervlogen tijden voorkomt.   

Enig animo voor de beurs was destijds dan ook redelijk ver te zoeken, terwijl de goudprijs juist van $35 naar ruim $800 per ounce sprong en zilver vanuit het niets naar $50 per ounce steeg (gebr. Hunt). Staat ons een dergelijk beursscenario opnieuw te wachten? Volgens Greenspan stellig. In die tijd werd veel meer gelet op de winst/koersverhoudingen dan op de koers/winstverhoudingen. Waar de rente  thans nog steeds op extreem lage niveaus staat, vormen koers/winst-verhoudingen van >30 of (veel) meer regel dan uitzondering. Echter, al bij een rente van 4% zal de beurs met een slordige 20% dalen en bij een rente van 5% nog eens met een slordige 20%. Zo blijkt de historisch gemiddelde koers/winst- verhouding op Wall Street ad 16 gerelateerd te zijn aan de historisch gemiddelde rente van 6%. Gezien de omvang van de huidige bond bubbel is het vóór die tijd allang ’game over’!

Het gaat niet alleen om de directe schuld gevoegd bij een jaarlijks budgettekort van 5% en/of meer (straks bij implementatie van Trumps belasting- en infrastructuurplannen) maar het betreft ook de zgn. unfunded liabilities (ongedekte sociale zekerheid, pensioenen en medische voorzieningen) die het totaal omhoog stuwen naar ruim $70 biljoen (12 nullen) of bijna 7 maal het BBP (staat te boek als ‘triple debt’). Je hoeft je in dit kader niet af te vragen wat een rentestijging van 1% of meer dan al impliceert. Deze ontwikkeling is vanaf de crisis in 2008 aldoor mijn visie gebleven. Alleen is de  totale staatsschuld ad $900 miljard anno 2008  met een factor acht verslechterd. Het antwoord voor beleggers blijft onverkort mijn Strategische Modelportefeuille als garantie tegen een substantiële koopkrachtverwatering.  

Ook Bank of America (werkgever van mijn zoon) ziet deze bui hangen en is vorige maand  met een krachtig verkoopsignaal afgekomen. Zeg maar 8,1 op de schaal van Richter.

Of er sprake is van een oorzakelijk verband is onduidelijk maar Today’s News van 1 maart meldde in elk geval een stijging van 28% insider selling en 34% insider purchasing daling.

Voorts heeft de nieuwe Fed voorzitter Jerome Powell laten blijken de geplande 3 à 4 renteverhogingen ad elk een kwart procent van zijn voorganger Yellen te zullen uitvoeren, nu mede aangezet door de laatste werkloosheidscijfers. Hiermee wordt de potentiële lont in het kruitvat aangestoken, tenzij de uitvoering van Trumps invoerheffingen voor Powell alsnog reden is om het proces van renteverhogingen te vertragen. Hij zal als geen ander begrijpen dat handelsbeperkingen in elk geval niet bijdragen tot een beter groeiscenario.

Warren Buffett bracht in zijn recente jaarverslag de volgende quote uit: ‘in the next 53 years (zolang bestaat zijn fonds Berkshire Hathaway) our shares (and others) will experience declines resembling those in the table (verwijzend naar de sitatie in de jaren ’70 – zie boven). No one can tell exactly when these will happen; the lights can at any time turn from green to red without pausing at yellow’. Vandaar zijn kasreserve van meer dan €100 miljard!

Voorts wordt er volgens Ambrose Evans-Pritchard (Britse Telegraph) gevreesd voor een ‘incipient squeeze’ op de internationale kapitaalmarkten. De Libor (London Interbank Offered Rate) waaraan een “nexus” van financiële korte termijnafspraken over de gehele wereld is gelinkt steeg naar een 10-jarig hoogtepunt van 2%. Ogenschijnlijk is dat niet indrukwekkend maar vergeet niet dat het hier gaat om een slordige 90% van de mondiale markt van ruim $5 biljoen aan korte bankleningen in dollars. De Bank of International Settlements (BIS) te Basel merkte terecht op dat elke short-term rentestijging zich direct vertaalt in een drukkend effect op deze markt, met een even direct gevolg voor de kredietstructuur in Azië ongeacht in welke valuta. De LIBOR rate meet de extra kosten die banken elkaar onderling in rekening brengen voor korte “unsecured” (ongedekte) leningen in dollars op de London Interbank Market.

Op de beurs blijken de renteverhogingen intussen kennelijk wel ingeprijsd maar volgens Larry Summers (voormalig beoogd Fed voorzitter) zal Powell ‘a very difficult balancing act’ voor de boeg staan, met een onbekende afloop.

Intussen heeft ECB president Draghi in zijn jongste persbijeenkomst laten blijken de obligatie inkoop tegen september met nog eens €10 miljard af te bouwen naar €30 miljard per maand.  Zo lang de eurorente laag blijft is er weinig aan de hand en kunnen de Zuid-Europese landen met gemak uit de wind worden gehouden. Maar wat te doen bij een verder oplopende rente?

Het gehele “speelveld” in de V.S. overziende wordt gevreesd voor een goedkopere dollar, die de Amerikaanse export in de kaart zou spelen maar tegelijk met een negatief effect op de Europese export gezien de dan duurdere euro. De ECB zal weinig anders kunnen doen dan opnieuw de rente verlagen. Uiteraard liet hij zich hierover niet uit maar het valt natuurlijk wel te raden. Het stapelen van schuld wordt dan weer “het parool”.

Tot dusver was het altijd de gewoonte in de dollar te gaan naarmate de economische en ook politieke onzekerheden toenamen. Even zeker was dat de dollar sterker werd naarmate de rente steeg. Dat is thans niet het geval. Deutsche Bank zegt hiervoor een verklaring te hebben.

De verklaring luidt dat de dollar niet daalt ondanks een stijgende obligatie yield maar juist vanwege. Immers, een hogere yield impliceert lagere obligatiekoersen als gevolg van minder aankoop animo, met name vanuit het buitenland (Rusland, China en Japan). De verwachting is dat de ‘twin deficit’ (staatsschuld samen met het begrotingstekort) de komende jaren flink zal oplopen, met een verder afbrokkelend vertrouwen in het Amerikaanse staatspapier en bijgevolg een verder dalende dollar. 

Voorts is ook het interessant om straks te zien in hoeverre de renteverhogingen vat krijgen op de stijging van de  CRB (Commodity Research Bureau) Index die  overigens al sinds juli vorig jaar stijgend is. Tot dusver was er voor deze index relatief weinig belangstelling gezien de geringe inflatoire ontwikkelingen. Daar we zo langzamerhand op een keerpunt afstevenen is het raadzaam ook deze index vanaf nu te blijven volgen.

De CRB index is een goede graadmeter die de prijzen van een mand commodities volgt in de sectoren landbouw (41%), energie (39%), industriële metalen zoals ijzer, zink, koper, lood en zilver (13%) en goud (7%). Dit zijn de zgn. building blocks van de wereldeconomie. Een verdere stijging van deze index belooft tevens een stijging van de inflatie. Het niveau is nog niet verontrustend maar deze index wordt intussen weer kritisch gevolgd.

Als graanschuur van de wereld en op weg ’s werelds grootste olieproducent te worden (dank zij schalie), zou je zeggen behoeft Trump zich helemaal niet zo druk te maken over het tekort op de handelsbalans en de gevolgen daarvan. Anderzijds laat deze balans al sinds 1944 (Bretton Woods) een negatief beeld zien. Waarover Trump met name klaagde was dat er sinds Bush Sr meer dan 55.000 bedrijven en meer dan 6 miljoen banen teloor zijn gegaan, terwijl het totale handelstekort over de jaren is opgelopen naar ruim $21 biljoen. De chart hieronder met een versterkt beeld over de laatste jaren laat aan duidelijkheid niets te wensen over.

Het is nogal iets voor een natie die qua populatie slechts 4,5% van de wereldbevolking uitmaakt maar tegelijkertijd bijna een kwart van het mondiale BBP vertegenwoordigt.

De grootste tekorten over januari deden zich voor met China voor $35,5 miljard en met de EU voor $15 miljard en hier bevinden zich voor Trump de grootste pijnpunten maar dat heeft niet zozeer met staal en aluminium of de veiligheid te maken maar veeleer met de stemming van z’n achterban. Je kunt Trump tot op heden niet betichten van kiezersbedrog.

Hoe vreemd dit ook moge klinken, zijn het juist de dollars “buiten de deur” geweest die de reservestatus hebben versterkt. Nagenoeg alle producten buiten de V.S. worden in dollars verhandeld. Zo dient elk land eerst de eigen valuta om te zetten in dollars om bijvoorbeeld olie of gas te kunnen kopen op de spotmarkt maar dat is maar één facet. Op deze wijze wordt de gehele internationale handel in dollars afgewikkeld. Dus de centrale bank van elke willekeurige natie dient over voldoende contante dollars te beschikken. Hoe kom je daaraan? Door producten te verkopen aan de V.S. die goedkoper zijn dan in de V.S. Dus het privilege van de reservestatus verschaft de V.S. enerzijds de gelegenheid om wat dan ook in het buitenland te kopen tegen elke prijs en anderzijds af te rekenen in “gratis” digi dollars. Dit systeem geldt al sinds Bretton Woods in 1944 en werd nog eens versterkt in 1971 na de dollar/goud ontkoppeling.

Dus als Trump de  hakbijl in deze negatieve handelsbalans wil zetten, blaast hij tegelijkertijd de reservestatus van de dollar op. Dat heeft hij wellicht niet in de gaten voor zover hij nog beschikt over al dan niet “bekwame” economische adviseurs. Als de Amerikaanse handelsbalans zich ten positieve keert, zullen de centrale banken elders in de wereld moeten uitzien zien naar een substituut voor de dollar en dat is goud! China, Rusland en Iran hebben al in deze richting gehint. Ook dit is een kwestie van tijd.

Robert Broncel

Copyright, 11 maart  2018

Stemadvies: stem op duurzaamheid ‘for the sake’ van ons nageslacht!

 

 

<< vorige

volgende >>

 

 
 

Disclaimer Portefeuille 

Hoewel alle berichtgeving alsmede de fondsprofielen met de grootste zorg worden samengesteld en uitgebracht, kunnen geen waterdichte garanties worden verstrekt. Wel wordt de berichtgeving vanuit eigen bron zowel als van externe professionele research pas na due diligence naar buiten gebracht. De deelnemer is te allen tijde zelf verantwoordelijk voor de opvolging alsmede de aan- en verkoopbeslissingen die hij/zij hieraan ontleent. 

Het portefeuillebeheer blijft onder het ressort van Robert Broncel, waarbij de deelnemer de vrijheid heeft al dan niet opvolging te geven aan de aanwijzingen ter zake. Het kan voorkomen dat door onvoorziene omstandigheden berichten te laat worden opgenomen zonder dat hiervoor verantwoordelijkheid kan worden genomen. Voorts zal de waarde van de portefeuille fluctueren en kunnen er nooit garanties voor de toekomst aan worden ontleend. 

Het intellectueel eigendom van de portefeuille, analyses en copyrights liggen bij Robert Broncel. Verder mag er zonder toestemming NIETS van deze site worden gekopieerd of op de een of andere wijze elders worden weergegeven.

2017 © Robert Broncel