Header

Columns 2011 Columns 2010 Columns 2009 Columns 2008 Columns 2007 2006 2005 2004

2010 – EEN CRUCIAAL JAAR!
(29 december 2009)
 

Naar het zich laat aanzien wordt komend jaar het jaar van de waarheid. Volgens de ‘jury’ zelfs een jaar van meerdere waarheden. In de eerste plaats doemt de twijfelachtige vraag op of het Obama Team met een steeds verder oplopende staatsschuld (reeds aangeduid als ‘national suicide’) er in zal kunnen slagen om de economie kunstmatig weer aan de praat te krijgen dan wel dat de economie juist hierin verdrinkt. Kort voor de feestdagen verschenen er een aantal opmerkelijke berichten: 

 

  • de verkoop van nieuwe huizen vorige maand bleek aanvankelijk te zijn gestegen maar achteraf juist met 11% te zijn gedaald

  • wel was de verkoop van het aantal bestaande huizen gestegen dankzij de overheidssubsidie en zonder noemenswaardige prijsstijging

  • de consumentenuitgaven waren gestegen als gevolg van discounts maar minder groot dan verwacht – de laatste dag voor Kerstmis zou weer beter dan verwacht zijn(?)

  • intussen blijkt de yield curve (verschil tussen de 2-jaars Treasury note en de 10-jaars Treasury note met een positief écart van 2,85%) de laatste weken weer een gezonder maar gemanipuleerd (korte rente!) beeld te laten zien - duidend op toenemende economische groei; dit beeld zag er vóór de crisis in de jaren ’06, ’07 en begin ’08 juist inverted uit (met een hogere korte en een lagere lange rente) duidend op narigheid; een stijgende lange rente is echter funest voor de economische groei

  • Bank of America verwacht een stijging van de beurs met ca. 15% daar de rente volgens de bank laag blijft (is zeer waarschijnlijk - RB) en de bedrijfswinsten bij een stijgende omzet geholpen door export verder kunnen stijgen

  • voorts bleek uit de Business Outlook voor 2010 van de Association of Financial Professionals (AFP) dat slechts 25% met een ‘natte vinger’ verwacht dat er meer kredietruimte zal komen, maar dit is hoe dan ook wel de crux voor een economisch herstel; deze ontwikkeling wordt door de Fed met argusogen gevolgd; zodra het consumentenkrediet weer aanstrekt, zal dit de eerste aanleiding moeten zijn om de korte rente (nu tussen 0,00% en 0,25%) naar boven bij te stellen

  • hoewel een afname van het handelstekort met bijna 60% op zich gunstig is, duidt dit anderzijds juist weer niet op hernieuwde groei*.

 

*  De afgenomen import in de VS duidt er tevens op dat de Aziaten alsmede de oliesheiks door lagere export naar de VS (dus lagere ontvangsten) minder in staat zijn om de Amerikaanse tekorten te kunnen financieren(!) Voor de Fed reden om zich opnieuw over de ongedekte staatsschuld ‘te ontfermen’. Dat heet in Washington monetizing, terwijl er in de verste verte geen zicht is op schuldafbouw maar juist op een verdere opbouw! De staatsuitgaven zijn intussen nog maar voor 60% gedekt. Als dit verschil alleen middels de geldpers en niet middels een groeiende economie met hogere belastingopbrengsten wordt opgevangen, is dat voer voor inflatie. Uit de mistige rapportage van het Amerikaanse ministerie van Financiën blijkt dat ongedekte schulden slechts een zgn. ‘huishoud’dekking krijgen, die je zou kunnen vergelijken met lucht waarmee je een band oppompt. Zodra je er het ventiel uittrekt, loopt ie leeg. Zojuist is het staatsschuldplafond al weer met $300 miljard ‘opgepoetst’ naar $ 12.400 miljard! Dit heeft te maken met de opgerekte ongelimiteerde hulp aan Fannie Mae en Freddie Mac, de hypotheekgarantieverschaffers.

 

Korte termijn perspectief

Zolang de kredietruimte in de Westerse wereld niet of nauwelijks toeneemt, de consumentenfinanciën niet verbeteren, het particuliere vermogen verder door schuld wordt uitgehold, het perspectief op werk niet verbetert en het inkomen niet stijgt, is er niet zo veel reden voor optimisme. Dat betekent dat de rest van de wereld meer op zich zelf zal zijn aangewezen, maar beslist niet stil blijft zitten. 

 

Langere termijn perspectief

Het einde van een decennium verleidt ons ook wat verder naar voren kijken en dan niet uitsluitend op de V.S. te letten. Waar de economische ontwikkelingen in de westerse wereld door een overmatig ‘schuldbesef’ vooralsnog min of meer stagneren, geldt dat niet voor de rest van de wereld, in tegendeel! Meer dan ooit maakt deze crisis duidelijk dat er sprake is van een kantelingsontwikkeling van het economisch epicentrum van West naar Oost. Dat heeft natuurlijk grote implicaties voor de toekomst. In de eerste plaats zal ‘onze’ invloed in organen als het IMF, Wereldbank maar ook de WTO afnemen. Een voorproefje hiervan zagen we al in Kopenhagen en dat zal straks nagenoeg alle internationale overlegorganen gaan betreffen. 

 

Maar het betekent ook dat we met gezwinde tegenzin zullen moeten inleveren, om drie redenen:

  • we zullen voorrang moeten verlenen aan de schuldafbouw, dus consuminderen

  • onze concurrentiepositie verslechtert tegenover de opkomende markten  - 2/3e van de wereldbevolking met een gemiddeld inkomen lager dan $5 per dag

  • toenemende grondstoffenvraag, terwijl het aanbod achter blijft met als gevolg stijgende prijzen die dubbel voelbaar wordt in landen waarvan de valuta’s verder verzwakken.

 

Onderwijs een ‘must’!

Daarbij speelt dat we het in de toekomst vooral van onze kennis zullen moeten hebben daar de meeste producten in de opkomende markten aanzienlijk goedkoper kunnen worden vervaardigd. We zullen dus flink in ons onderwijs dienen te investeren en dan nog is het geen gelopen race. Immers, er stromen in China en India jaarlijks vele honderdduizenden studenten van ‘de lopende band’ wier kennis nog maar nauwelijks onder doet voor de onze. En dit alles in de wetenschap dat Aziaten niet alleen heel snel leren maar ook heel snel kunnen imiteren zonder altijd onze octrooirechten te respecteren.

 

Wisseling van de wacht!        

Alvorens onze internationale financiële geloofwaardigheid te kunnen terugverdienen zullen we niet moeten investeren in regulering om de huidige crisis te bezweren maar juist om de volgende crisis te kunnen voorkomen! De ‘huidige mannen van stal’ zullen zo snel mogelijk plaats moeten maken voor bovenal mannen en vrouwen met visie en ‘schone’ handen met het lef om pijnlijke beslissingen te durven nemen.

 

Natte voeten

Steeds meer landen krijgen last van natte voeten. Zo heeft Fitch als één der nog steeds actieve ‘dubieuze’ rating bureaus ook Engeland en Frankrijk gewaarschuwd de Triple-A kredietstatus te verliezen, implicerend dat er dan meer rente op de staatsschuld zal moeten worden betaald.

Daarbij werd zelfs aangegeven dat eigenlijk geen der Triple –A statuslanden in het Westen (inclusief de VS) nog lang op deze status zouden kunnen bogen. Eventueel hieruit voortvloeiende renteverhogingen zullen onder de huidige omstandigheden een desastreuze uitwerking hebben. Waarvan zou de staat dan weer de rente moeten betalen?

 

Zowel in Azië als in Zuid-Amerika wordt steeds harder geroepen dat de dollar ‘doomed’ is. Dat geldt in niet mindere mate voor de euro, hoewel dat iets minder luidruchtig naar buiten wordt gebracht! Als de internationale handel niet verder aantrekt, betekent dat een dubbele doodsteek voor het Westen. Zonder groei kunnen de schulden niet worden ingelost dus stijgt de rente en komt nieuwe schuldfinanciering steeds meer in het nauw.

 

Het antwoord op deze deadlock is de schulden middels inflatie te laten verdampen. Of het zover komt, hangt af van China. Zolang daar de industrie (voor ca. 60% afhankelijk van de export) nog te veel leunt op export naar de VS, blijkt er bereidheid om middels de exportontvangsten de Amerikaanse schuld te blijven financieren. Naar is gebleken, wordt China’s financieringsbereidheid in wezen niet door de rente gedreven maar juist om de eigen industrie in gang te houden. De leiders in Beijing beseffen bliksems goed dat een teruglopende economische groei een nieuwe mars naar het Plein van de Hemelse Vrede kan inluiden. Dat dient coûte que coûte te worden voorkomen. De koopkrachtpariteit verandert niet zolang de yuan aan de dollar gekoppeld blijft en evenmin als de inflatie in toom kan worden gehouden. De zwakke positie van de euro gebiedt geen andere uitweg dan het voetspoor van de dollar te volgen.

 

Waarin dan beleggen?

Gaan we verder in aandelen nadat deze door de immense liquiditeiten tot veel te hoge koers/winstverhoudingen (S&P – tot 75!) zijn opgeblazen? Of gaan we in obli’s met het risico van een rentestijging – een markt overigens die met ruim $80.000 miljard twee maal zo groot is als de aandelenmarkten? Of gaan we naar de veel kleinere commodity markten die ook al vanwege de liquiditeiten een flinke run-up hebben meegemaakt. Op termijn blijkt beleggen in schaarste niettemin altijd het meeste soelaas te bieden.

 

Voorzichtigheid geboden!

Als de dollar-carry trade (bij een stijgende dollar) verder wordt afgebouwd, is de kans groot dat deze munt weer steeds meer gevraagd zal worden, omdat vele partijen hun ingenomen posities dienen te liquideren. Is ‘cash dan king’? Wel, het is onder de gegeven omstandigheden verstandig om zeker niet al je kruit te verschieten. Edelmetaal blijft de meest voor de hand liggende categorie, in de eerste plaats vanwege de verder toenemende internationale monetaire instabiliteiten maar tegelijk ook met het oog op koopkrachtbehoud.

 

Voorts, zoals eerder in deze column gemeld, hebben Aziaten nooit een hoge pet op gehad van hun regimes en al helemaal niet van het papiergeld dat ze uitgaven. Nu ook de dollar en de euro hun laatste oortje versnoept lijken te hebben is de focus temeer op edelmetaal gericht. Op het Aziatische continent geldt dat als de plaatsvervangende sociale zekerheid zoals we die hier van staatswege (nog) kennen! Als men nu naar Azië reist dan zie je de edelmetaalwinkels als paddestoelen opkomen. Maar ook de centrale regeringen in Azië wensen zich in de toekomst om dezelfde reden in te dekken tegen een verdere buitenlandse valutaverwatering.

 

Goudnoot: het gemiddeld besteedbare inkomen per huishouden in een land als China is nu

ca. $1.300 per jaar maal 276 miljoen gezinnen = ca. $36 miljard totaal besteedbaar inkomen.

 

China is intussen met een jaarproductie van ruim 9 miljoen ounces de grootste goudproducent ter wereld geworden. Volgens de in edelmetaal gespecialiseerde CPM Consultancy Group worden er in China volgend jaar ook ruim 9 miljoen ounces goud tot munt geslagen. Bij een prijs van $1.000 per ounce gaat het dan om een bedrag van ca. $9,5 miljard. Er lijkt op deze wijze steeds meer bodem onder de vloer van $1.000 te worden gelegd, die de mijnbouwers uiteraard geen windeieren zal leggen.

 

Als er iets op toekomstige vraag duidt dan is hiervan overduidelijk sprake. In de afgelopen week was de omzet in China zelfs met 30% gestegen vergeleken bij vorig jaar toen het goud nog 25% goedkoper was. In dat kader is het goed te weten dat de Chinese overheid verwacht dat de middenklasse in 2020 met ca. 70% zal zijn gegroeid. Een soortgelijke ontwikkeling wordt ook in India verwacht met eveneens een verder toenemende vraag. In landen als Korea, Thailand, Vietnam, Maleisië en Indonesië speelt precies dezelfde behoefte.

 

Wisseling van reservevaluta een absolute noodzakelijkheid!

De beste valuta-analyse werd ten tonele gebracht door Martin Wolf, de belangrijkste economisch commentator van de Financial Times. Tijdens een bijeenkomst in Singapore refereerde Wolf aan de Triffin paradox. Econoom Triffin, hier minder bekend, toont met zijn paradoxtheorie aan dat de rol van de dollar als mondiale reservevaluta onvermijdelijk leidt tot een conflict tussen het nationale monetaire beleid en de mondiale rol van de dollar.

 

Dit voert terug tot de haast onweerstaanbare neiging van de ‘host country’ (VS) om op kosten van de buitenwereld zich te buiten te gaan: ‘you can’t have an open globalised economy that relies for its ultimate liquidity on the currency of one country and that’s not sold by just adding another couple of currencies’ (het kan niet zo zijn dat een gemondialiseerde economie voor haar ultieme liquiditeit afhankelijk is van de valuta van één land en dit wordt ook niet opgelost door er een paar andere valuta’s aan toe te voegen). U herinnert zich de arrogante uitspraak van John Conolly, voormalig minister van Financiën: ‘the dollar is our currency but your problem!’

 

Voorts benadrukte Wolf dat de VS een staatsschuld heeft van ruim 12.000 miljard dollar of gelijk aan 85% van het BBP of gelijk aan $43.000 per hoofd van de bevolking. Dit terwijl nieuwe tekorten de pan blijven uitrijzen. Deze ontwikkeling leidt alleen maar tot de onheilzame en nog sterkere verplaatsing van het probleem naar de rest van de wereld.

 

Vanuit het wereldperspectief gezien is dit ten ene male ontoelaatbaar. De Chinese munt gaat

uiteraard mee in de neerwaartse spiraal van de dollar ‘causing a real problem for the euro and could create a major crisis for the euro zone creating very big problems for European based manufacturers’ (met ernstige gevolgen voor de euro en bijgevolg voor de Europese producenten, die niet meer kunnen concurreren op de wereldmarkt). Wolf besluit met te zeggen dat we ons in een ‘tremendous and horrifying mess’ bevinden waar we zo snel mogelijk uit moeten zien te komen. Een oplossing draagt hij evenwel niet aan! Een snelle oplossing ligt evenmin voor de hand! Hoe verder? Wie het weet, mag het zeggen! Het heeft er alle schijn van dat 2010 in de geschiedenis als een cruciaal jaar te boek zal worden gesteld!

 

Robert Broncel                                                                                 

 

copyright, 29 december 2009

 
 
 

<< vorige

volgende >>

 

 
 

Disclaimer Portefeuille 

Hoewel alle berichtgeving alsmede de fondsprofielen met de grootste zorg worden samengesteld en uitgebracht, kunnen geen waterdichte garanties worden verstrekt. Wel wordt de berichtgeving vanuit eigen bron zowel als van externe professionele research pas na due diligence naar buiten gebracht. De deelnemer is te allen tijde zelf verantwoordelijk voor de opvolging alsmede de aan- en verkoopbeslissingen die hij/zij hieraan ontleent. 

Het portefeuillebeheer blijft onder het ressort van Robert Broncel, waarbij de deelnemer de vrijheid heeft al dan niet opvolging te geven aan de aanwijzingen ter zake. Het kan voorkomen dat door onvoorziene omstandigheden berichten te laat worden opgenomen zonder dat hiervoor verantwoordelijkheid kan worden genomen. Voorts zal de waarde van de portefeuille fluctueren en kunnen er nooit garanties voor de toekomst aan worden ontleend. 

Het intellectueel eigendom van de portefeuille, analyses en copyrights liggen bij Robert Broncel. Verder mag er zonder toestemming NIETS van deze site worden gekopieerd of op de een of andere wijze elders worden weergegeven.

2011 © Robert Broncel