Header

Columns 2011 Columns 2010 Columns 2009 Columns 2008 Columns 2007 2006 2005 2004

CHINA’s DELICATE DILEMMA
(30 juni 2009)
 

In Reuters Investment Outlook Summit vorige week stelde de intussen veel geciteerde professor Roubini dat ‘the dollar will not be able to continue its status as the global reserve currency’. Gelet op mijn column van 16 januari j.l. ‘Geen uitweg voor de dollar’ geen nieuw nieuws. Voorts stelde hij dat ‘the dollar will loose its status because of the emerging markets that will create a “fundamental change” as they continue to grow’.

 

Deze ontwikkeling wordt uiteraard ook door China onderkend als een delicaat probleem. Voor de korte termijn is er nog geen pasklaar alternatief, daar de dollar binnen het circuit van het internationale financiële verkeer nog steeds een cruciale rol (ca. 70% van het verkeer) vervult. Voor China ligt de pijn met name in de verwachte verdere aftakeling van de waarde van de dollar als gevolg van de niet aflatende ‘quantative easing’ (papiergeld bijdrukken) als enige uitweg. Gegeven de yuan/dollarrelatie en China’s export gedreven economie zal het land nog enige tijd simultaan moeten opereren met een bankroet land zonder hoop op betere vooruitzichten. De Chinezen realiseren zich als geen ander dat de VS de schuldpositie niet weg masseert door er nieuwe schuld op te stapelen, hetgeen slechts kan leiden tot verdere erosie van de valuta.

 

China’s stuurkunst

Met een eveneens dikke 70% in dollars genoteerde reserve ad bijna 2.000 miljard zal China zich vooralsnog niet kunnen distantiëren van de dollar zonder de eigen belangen te schaden.  Op z’n Grieks heet dit varen tussen de Scylla en de Charibdis, twee klippen die men tijdens een storm dient te omzeilen.

 

Tijdens de jaarlijkse meeting van de CMRE (Committee for Monetary Research and Education) in New York schoof later ook Nobelprijswinnaar en econoom Robert Mundell aan. Als officieel adviseur van de Chinese regering krijgt hij steevast een aandachtig gehoor. Hij stelde dat China met het enorme dollarsurplus grote belangstelling heeft om dat belang af te dekken door goud te kopen. Hij zei er bij dat zulks niet zou plaats vinden ‘to disrupt the world economic order’. Wel had hij China aanbevolen elke door het IMF aangekondigde verkoop van goud direct op te nemen. Hiermee wordt in feite een bodem onder de goudprijs gelegd. Opvallend genoeg wordt hiermee anderzijds het gold suppression scheme (goudmanipulatie schema) geen strobreed in de weg gelegd. Niet onlogisch zo lang China nog niet in staat is de economische lakens kan uitdelen, zoals Amerika dat vreemd genoeg nog steeds wel kan.

 

Met een totale reserve van 2.000 miljard in dollars omgerekend, waarvan ca. 1.400 miljard in ‘harde’ dollars, is China in staat ‘in one swoop’ de gehele bij het IMF door de ledenstaten ‘geaccrediteerde’ goudvoorraad ad 3.000 ton op te kopen. Dan houdt het nog een dollarreserve van 1.308 miljard over. Daarmee zou China al op meer dan een derde van de Amerikaanse goudvoorraad zitten voor zover deze daar al niet is verkwanseld (gold leases).

 

De Chinese regering heeft twee zaken aan de orde gesteld:

 

1)  dat men zich zeer grote zorgen maakt over het voortdurende proces van quantative easing

     in de VS en daarmee doelend op de verdere verzwakking van de dollar

2)  door aan te geven dat goud als fundament van haar monetaire politiek een belangrijkere

     rol zal gaan spelen.

 

De rol van de PCOB

De Chinese centrale bank, de People’s Bank of China, herhaalde in haar jaarlijkse Annual Financial Stability Report evenwel de roep naar een nieuwe super souvereign currency die merendeels de rol van de dollar zou moeten overnemen. De PBOC kan uiteraard wat vrijer spreken dan de regering, maar ook deze uitlating accentueert de delicate positie waarin China zich bevindt. Zo is de PBOC ook doende een deel van de dollarreserve in te zetten voor aanvulling van de ‘strategische’ grondstoffenreserves. Dergelijke acties kunnen ook lijken op toenemende economische activiteit in China zonder dat dit zichtbaar is. Tevens kan er daardoor tijdelijk sprake zijn van fluctuaties op de grondstoffenmarkten.

 

Washington’s laveerkunst

Voor Washington is het belangrijk het wankele ‘evenwicht’ zo lang mogelijk in stand te houden in de hoop voldoende ‘orde op eigen zaken’ te kunnen stellen. Door de goudprijs onder druk te houden, wordt de ‘kracht’ van de dollar nog niet zichtbaar uitgehold en kan ook de rente nog ‘even’op het huidige historisch lage peil gehandhaafd blijven. Zo op het eerste gezicht lijken deze inspanningen succes te hebben.

 

Amerika’s schuldopbouw

Intussen wijst Peter Peterson van powerhouse Blackstone er op dat Obama bezig is een ware schuldexplosie te veroorzaken, nu de tekorten oplopen richting $ 2.000 miljard, waarvoor geen enkele andere dekking bestaat dan de bomen waarvan het papiergeld wordt gemaakt. Hij schat in dat de schuldcreatie over tien jaar ter hoogte van $ 20.000 miljard zal komen te liggen, niet eens meegerekend de sterk oplopende kosten van de gezondheidszorg en andere sociale voorzieningen (als gevolg van de vergrijzing) getaxeerd op $ 45.000 miljard binnen de komende 25 à 30 jaar! Deze druk moet coûte que coûte leiden tot aanzienlijk hogere rentes – de doodsteek voor een verzwakte economie!

 

Schijnrust op de financiële markt

Niettemin lijkt de rust op de financiële markten sinds het Lehman débâcle enigszins te zijn teruggekeerd. De hoop is nu gevestigd op een herstel van de vermogenspositie van de banken. Let wel, dit herstel is een ‘geleend’ herstel gefaciliteerd door de centrale bank alsmede nieuw opgehaald marktkapitaal. Het is niet zo dat de banken weer als vanouds winst maken onder een veilig gewaande vermogenspositie. Immers, de verliesposten zijn nog niet afgeschreven!

 

Opvallend genoeg blijkt het vertrouwen in de Amerikaanse centrale bank nog nauwelijks aangetast en lijkt het alsof Ben Bernanke zoiets als de gouden standaard van dit instituut vertegenwoordigt. Het enige wat hij ‘goed’ doet, is de problemen voor zich uit schuiven in de hoop dat hij er op goed moment niet door wordt ingehaald!

 

Voorts wordt er van overheidswege op slinkse wijze gegoocheld met de statistieken, hetgeen doet denken aan de economische politiek van de voormalige Sovjet-Unie. Op de zwarte markt verscheen er hierover destijds zelfs een boekje met als titel ‘How to lie with statistics’.

De rekenmethodes ten tijde van Clinton zijn goeddeels ‘aangepast’ aan de noden van deze tijd. Iedere indicator is trouwens een compromis tussen gehanteerde parameters, snelheid en betrouwbaarheid. 

 

Achter de schermen

Centrale banken staan in feite op ramkoers met de sanering van ons huidige financiële bestel door op twee fronten een wanhopige strijd te voeren:

<  enerzijds wordt er additionele liquiditeit in de financiële markten gepompt om wanbetaling

    van schulden zoveel mogelijk tegen te gaan

<  anderzijds sporen ze investeringsbanken en andere marktpartijen aan te anticiperen op

    relatief lage commoditieprijzen zodanig dat benchmarks als gevolg van marktmanipulatie

    niet reëel zichtbaar zijn om de eroderende waarde van de dollar adequaat te kunnen meten.

 

Hiermee wordt duidelijk in welke mate en in welke (grond)stoffen wordt gemanipuleerd.

 

Bij sommige analisten geeft dat al met al toch het gevoel dat ‘the Great Recession’ nu wel voorbij is. Naarmate bij meer beleggers dit ‘feel good’ gevoel sterker wordt, zullen de beurzen hogere uitslagen kunnen laten zien. Sterker, de suckers rally van dit voorjaar, die vooral voortkwam uit de te diep geachte val gekoppeld aan nieuwe hoop, zou op grond hiervan dit najaar een stevig vervolg kunnen krijgen. Per slot blijft het lastig van de ‘goeie ouwe tijd’ zomaar afscheid te nemen en lijkt de schuldenhoogte te abstract om te bevatten.

 

Nieuwe buien

Intussen zien de Chinezen nog een paar andere grote buien hangen. De ene is de bui van de Amerikaanse credit cardhouders met een schuld oplopend naar bijna $ 1.000 miljard, waarvan de verliezen in de voorbije maand mei al opliepen met meer dan 10%! Deze schulden zijn mee verpakt in al die fraaie schuldproducten die nog steeds als een molensteen boven de financiële markt hangen. Banken als Citigroup, Bank of America, JP Morgan en American Express zullen dan wederom bij de staat aankloppen om hulp. Naarmate de werkloosheid oploopt, lopen ook de credit card schulden op.

 

De andere bui is die van de tekorten van diverse Amerikaanse staten met Californië, Florida en New Jersey voorop. Hier is voorlopig sprake van enige honderden miljarden dollars. Tekorten die spoedig kunnen oplopen naar een paar $ 1.000 miljard. Indien de regering niet te hulp schiet, impliceert dat de afbouw van ambtenaren- en politiecorpsen, uitstel van infrastructurele projecten alsmede de afbouw van zorgprojecten. Zonder snelle bijstand van de centrale overheid (bijdrukken van geld) leidt dit op korte termijn tot nieuwe werkloosheid. 

 

Chinese repercussies

In China vertaalt een en ander zich weer in nadruk op de eigen producten binnen de eigen markt, waarop het stimuleringsprogramma van 4.000 miljard yuan (420 miljard euro) vooral is gericht. Tevens dat meer en meer buitenlandse bedrijven van de Chinese markt zullen worden geweerd ten faveure van het eigen bedrijfsleven. Zo bereidt China zich voor op een wellicht blijvend lagere export. De regering maakt zich terecht zorgen om het snel stijgende eigen leger van werklozen inclusief de meer dan een miljoen afgestudeerden. Men zal hemel en aarde bewegen om sociale onrust uitmondend in een mogelijk tweede révolte op het Plein van de Hemelse Vrede te voorkomen. Dit is de allergrootste angst van de Chinese regering, destijds al door voormalig leider Deng kenbaar gemaakt bij zijn bezoek aan toenmalig president Reagan.

 

Stilte voor de echte storm?

Gezien de in deze column menigmaal geschilderde nog steeds verslechterende toestand van ons internationale monetaire bestel wordt er in sommige kringen reeds gezinspeeld op een perfect storm (implosie) die dan zou moeten samenvallen met het einde van de Maya kalender eind 2012. Wel, ten tijde van onzekerheid zoekt men steevast naar een houvast maar dit lijkt mij nou niet zo’n sterk houvast! De tijd zal het evenwel leren.

 

Robert Broncel


copyright 30 juni 2009

 
 

<< vorige

volgende >>

 

 
 

Disclaimer Portefeuille 

Hoewel alle berichtgeving alsmede de fondsprofielen met de grootste zorg worden samengesteld en uitgebracht, kunnen geen waterdichte garanties worden verstrekt. Wel wordt de berichtgeving vanuit eigen bron zowel als van externe professionele research pas na due diligence naar buiten gebracht. De deelnemer is te allen tijde zelf verantwoordelijk voor de opvolging alsmede de aan- en verkoopbeslissingen die hij/zij hieraan ontleent. 

Het portefeuillebeheer blijft onder het ressort van Robert Broncel, waarbij de deelnemer de vrijheid heeft al dan niet opvolging te geven aan de aanwijzingen ter zake. Het kan voorkomen dat door onvoorziene omstandigheden berichten te laat worden opgenomen zonder dat hiervoor verantwoordelijkheid kan worden genomen. Voorts zal de waarde van de portefeuille fluctueren en kunnen er nooit garanties voor de toekomst aan worden ontleend. 

Het intellectueel eigendom van de portefeuille, analyses en copyrights liggen bij Robert Broncel. Verder mag er zonder toestemming NIETS van deze site worden gekopieerd of op de een of andere wijze elders worden weergegeven.

2011 © Robert Broncel