Denkfout
Het is niet alleen de streepachtige stijgingslijn
die tot bubble gedachten voert. Het is ook de snelheid en
de hoogte van de goudprijsbeweging die wenkbrauwen doet fronsen.
Echter, we maken een denkfout door van een goudprijs laat staan
van een goud bubble te spreken. In feite gaat het om de
valutaprijs die in ounces wordt uitgedrukt, ofschoon opvallend
genoeg de koppeling met het goud al bijna 40 jaar geleden is
verlaten. Anders gezegd: wezenlijk gaat het niet om de stijging
van het goud maar om de omgekeerd evenredige daling van de
valutawaarde (koopkracht!). Over dat laatste dienen we ons
daadwerkelijk zorgen te maken!
Sinds de ontkoppeling in 1971 (met een goudprijs
op ca. f 1.100 per kilogram) is de koopkracht alleen maar
gedaald. Vooral de eerste tien jaar na 1971 was er sprake van
een forse inflatie waaraan pas in de loop van 1980 middels
sterke renteverhogingen een einde kon worden gemaakt. Van een
koopkrachtstijging is er sinds de ontkoppeling niettemin
nauwelijks sprake geweest. In tegendeel! Want ook al daalde de
inflatie in de jaren ’80 als gevolg van de renteverhogingen, er
moest worden bezuinigd om de staatsfinanciën weer op orde te
krijgen.
Zo was er was sprake van belastingverhogingen,
verhoging van de bijdragen in de ziektekosten, verlaging van
subsidies, bijstelling van uitkeringen, huurverhogingen,
stijging van de vervoerstarieven etc. zonder dat de inkomens
noemenswaardig stegen. Om de kosten van levensonderhoud
(koopkracht) bij te kunnen benen werd de vrouw mede dank zij het
feminisme als tweede kostwinner meer en meer in het
arbeidsproces betrokken.
Alleen door de reële rente (marktrente hoger dan
inflatie) positief te houden, werd in die tijd nog gekozen voor
muntstabiliteit. Daardoor kon de goudprijs dalen. Toen de
schuldcreatie in de V.S. (Golfoorlog, oplopende handelstekorten)
weer begon toe te nemen, dreigde ook de goudprijs weer te gaan
stijgen. Dat vormde voor de centrale banken reden om
goudverkopen aan te kondigen. De reële verkopen volgden later om
de goudprijs onder druk te houden. Het eerste omslagpunt lag bij
Bush in 2001. Het tweede bij de kredietcrisis in 2008 toen er
opeens talrijke gaten (banken!) moesten worden gedicht waartoe
kapitaal ontbrak. Daarop werden alle registers van de geldpers
opengetrokken. De stijging van het goud legde bloot wat middels
goudverkopen door de centrale banken alsmede de manipulaties op
de futures markt verbloemd diende te worden: de ontkrachting van
de koopkracht.
De “goudprijs”
Met het koopkrachtequivalent van ruwweg €10.000
kon je begin deze eeuw nog een kilootje goud kopen. Inmiddels
betaal je daarvoor nu ruim drie maal zoveel of is de koopkracht
van ons geld in tien jaar met ca. 70% uitgehold. Gerekend vanaf
1971 is er van die koopkracht bijna niets meer over. Zoals in
eerdere columns aangegeven bezit het goud de officieuze functie
van financiële barometer in termen van vertrouwen in de valuta.
Dat is onweerlegbaar gebleken. Elke tik omhoog van het goud
betekent minder vertrouwen in de munt als stabiel ruilmiddel.
Vandaar de niet aflatende riggings (manipulaties) op de
edelmetaalmarkt “ingesouffleerd” door de financiële
beleidsmakers in Washington. Zonder deze manipulaties zou het
edelmetaal intussen al een aanzienlijk hoger peil hebben
bereikt.
Vertrouwen
Onder de huidige omstandigheden vlakt het
vertrouwen in de dollar en euro af als gevolg van:
1. de destabiliserende invloed van het openzetten
van de geldpers (quantitative easing) zonder
daarmee voldoende fundamentele economische
groei te kunnen genereren
2. de schuldengroei en vrees voor
belastingverhogingen/bezuinigingen/inflatie
3. stijging van ongedekte schuldverplichtingen in
de pensioen- en zorgsector
4. angst voor loonuitval en vermogensdaling
5. volatiele valutabewegingen.
Wantrouwen in de financiële slagkracht van de V.S.
en/of Europa veroorzaakt kapitaalverhuizing naar het buitenland,
zichtbaar in de zuigkracht van Azië (China) en Zuid-Amerika
(Brazilië). Tegelijkertijd zoekt men daar naar meer
risicodiversificatie: minder in dollars, minder in euro’s en
meer in goud en handelstransacties in bijvoorbeeld secundaire
valuta’s als yuan, roebel of de Braziliaanse real. De
grondstoffenbeurzen CME en ICE accepteren intussen ook goud als
ruilmiddel.
Pluspunt (?) voor het Westen
Op basis van de ons tot dus ver bekende gegevens
zou er zich in Fort Knox nog 8.133 ton goud bevinden en een
slordige 30.000 ton in de kluizen van de gezamenlijke Europese
lidstaten. Hier zou nog een aanzienlijke “plus” op de rest van
de wereld kunnen rusten. Insiders geloven evenwel dat deze
hoeveelheden als gevolg van verkopen, swap- en lease
“arrangementen” echter niet veel meer dan een derde van deze
voorraad voorstellen.
Op basis van door de mijnbouwers aangetoonde,
geschatte en veronderstelde hoeveelheden zou er zich nog circa
20.000 ton goud in de bodem bevinden.
Dit is belangrijk in het kader van een overweging
om tot een nieuwe koppeling te komen. Het goud zou in een
dergelijk geval zodanig dienen te worden geherwaardeerd dat het
voldoende ijkpunt biedt voor een nieuwe valutakoppeling. Totaal
is er sinds 3000 jaar B.C. al een dikke 160.000 ton gedolven
waarvan niet veel meer dan een derde traceerbaar is. Japan wordt
ervan verdacht nog steeds een belangrijk kwantum als oorlogsbuit
verborgen te houden en wellicht om deze reden meent om twee maal
zoveel schuld als het BBP te kunnen “fabrieken”.
Voordelen nieuwe goudkoppeling:
1. rust op de internationale valutamarkten
2. centrale overheden kunnen financieel niet
verder springen dan hun “gouden”
polsstok inherent aan de economische groei
lang is; alleen mogelijk onder een centraal
mondiaal monetair toezicht
3. herstel economisch vertrouwen
4. geleidelijke koopkrachtverbetering op basis
van reële economische groei
5. prijsstabiliteit die de internationale handel
bevordert (einde zwevende wisselkoersen)
6. internationale reservevaluta waarop geen
nationale schuldverplichtingen rusten.
Met de suggestie van Robert Zoellick, president
van de Wereldbank, om het goud te koppelen aan een mandje
valuta’s (dollar, euro, pond, yen en yuan) komen we er dus niet.
Immers, dit is vergelijkbaar met een mandje eieren waarvan de
meeste al rot zijn. Hij dorst natuurlijk niet te reppen van een
pure goudkoppeling (dus zonder valuta’s), omdat een dergelijke
fixing afgezet tegen de huidige schuldomvang zou
neerkomen op een factor 20, 30 of 40 maal de huidige goudprijs.
Die factor zou wat lager kunnen uitvallen bij een internationale
confiscatie en opwaardering van het edelmetaal, zoals Roosevelt
dat in 1933 in Amerika deed. Een dergelijke confiscatie en
opwaardering is nu evenwel ondenkbaar vanwege de hiermee gepaard
gaande koopkrachtdaling. Gezien de omvang van de uitstaande
schulden zou dat immers direct tot grootschalige sociale onrust
leiden. Bovendien zou daarmee ook de economie in de opkomende
landen ernstig worden geschaad.
Ongekend bull market perspectief
Gegeven de gigantische schuldenopbouw met een met
opzet extreem laag gehouden rente (moet ook betaald worden!)
durft geen regering deze koe bij de horens te pakken en zal de
schuldengroei bij voorkeur aan de inflatie worden
“toevertrouwd”. Op grond hiervan resteert er voor het edelmetaal
maar één richting: de weg verder omhoog! De vraag is dan hoe
hoog? Bij een ongewijzigd financieel/monetair beleid is het
antwoord zelfs oneindig hoog!
Aan de hand van de omgekeerde pyramide in
onderstaande chart blijkt dat belegging in edelmetaal nog
een “ondergeschoven kind” is. Van alle beleggingsklassen
verkeert het goud vooralsnog in de “catacomben” van deze schaal.
Dit wijst er op dat er nog lang geen sprake van een goud
bubble kan zijn. Tot september 2008 (Lehman débâcle) ging er
dagelijks voor bijna $3.000 miljard aan “flitskapitaal”
gerelateerd aan derivaatproducten als credit default swaps
(CDS), credit default obligations (CDO) alsmede
mortgage backed securities (MBS) de wereld rond. Afgezien
van de incrowd (banken) werd er alleen maar gegist naar
de oorzaak van dit “circus”. Het wereldhandelvolume lag hier
“bescheidenlijk” onder. Waar George Soros een goud bubble
voorziet, zal het edelmetaal vooreerst een aanzienlijk hogere
“pikorde” op onderstaande schaal moeten hebben bereikt. Dat is
gezien zijn recente bijkopen ook zijn verwachting!
|