|
|
EINDSPEL
(20 augustus 2010)
|
Als verwoed schaker was ik altijd het meest
geobsedeerd door het eindspel. Immers, daarin tekent zich de
winst, verlies of remise af. Nu zijn er bij het schaakspel
slechts twee partijen betrokken, tenzij er simultaan op meerdere
borden tegelijk wordt gespeeld. De huidige situatie op de
internationale financiële markten doet het meest aan het laatste
denken daar ook hier op meerdere borden wordt gespeeld. Voor de
“niet-schaker” levert dat een diffuus beeld op. Aan de ene kant
hoor je van betere bedrijfswinsten, elders van teruglopende
groei maar ook dat de situatie bancair “redelijk” (stress
testen) onder controle is, dus zeg maar dat er op een algemene
remise wordt ingezet.
Alan Greenspan
Tijdens een interview met NBC’s “Meet the Press”
zei oud-gediende Allen Greenspan in dit kader: ‘we are in the
pause in a recovery, a modest recovery, but a pause in a modest
recovery feels like a quasi recession’, vertaald: we
bevinden ons in een pauze in het herstelproces, een bescheiden
herstelproces maar een pauze in een bescheiden herstelproces
voelt aan als een quasi recessie. Hij probeert hiermee niet
anders dan het algemeen ‘unheimisch’ gevoel wat te verzachten.
Het gaat evenwel om de grote lijnen in het oog te
houden en je niet te laten leiden door individuele
“spelletjes” of uitlatingen. In de huidige fase wordt ons
voorgehouden dat het slechts om een tijdelijke economische
teruggang gaat en dat het leed over een paar jaar weer geleden
zou zijn (zie de recessiejaren ’80 toen er overigens geen sprake
van een systeemcrisis was). Nu is er zelfs geen sprake meer van
een recessie en lijkt het alsof we er beter voorstaan dan
destijds. Alleen de opgehouden schijn bedriegt.
|
 |
Europa vs Amerika
Wel worden in Europa de geluiden steeds sterker
dat we zullen moeten gaan bezuinigen. Dus minder economische
activiteit, minder banen, meer inkomsten/koopkrachtverlies,
kortingen op pensioen en/of hogere premies als gevolg van
dalende dekkingsgraden.
Zolang de keuze blijft tussen twee of drie
vakanties per jaar of een SUV dan wel een kleiner type auto,
geen malheur. Anders wordt het voor de kleinere beurzen en
daarvan hebben we helaas de meeste. In deze categorie zullen
straks de klappen dan ook het meest worden gevoeld, zeker met
een sociaal vangnet waaraan steeds meer zal moeten worden
geknabbeld.
Bezuinigingen enerzijds (Europa) of zonder
onderpand blijven stimuleren (V.S.) anderzijds resulteert in
beide gevallen niet tot een aantrekkende economie ook al lijkt
dat misschien zo. Keynes’ theorie heeft intussen wel aangetoond
ten koste van gigantische staatsschulden ten dode gedoemd te
zijn. Door de huidige ontwikkelingen als het ware in de
remisestand (voor hoe lang?) te houden – de beurs blijft immers
keurig op stand, de rente praktisch op nul met een soortgelijk
evenwicht op de edelmetaalmarkt – lijkt het nogmaals naar buiten
toe allemaal wel mee te vallen. Echter, tot dus ver is dat
alleen gelukt middels mega marktmanipulaties (zie
ook
de column van 23 april 2008) onder deze titel.
IMF
In een verklaring van het IMF verschenen bij
Bloomberg op 12 augustus j.l. staat o.m. ‘the U.S. fiscal gap
associated with today’s federal fiscal policy is huge for
plausible discount rates; in order co close this fiscal gap
requires a permanent annual fiscal adjustment equal to about 14%
of U.S. GDP’, vertaald: het gat tussen inkomsten en uitgaven
valt haast niet meer te dichten en vereist een permanente
jaarlijkse aanpassing gelijk aan ca. 14% van het Bruto
Binnenlands Product. Bij een huidig federaal inkomen van 14,9%
van het BBP zou de additionele 14% in perspectief een directe en
permanente verdubbeling van zowel het persoonlijke als het
bedrijfsinkomen als alle andere staatsinkomsten impliceren. Dat
zou alleen kunnen bij een permanente minimale autonome
economische groei van 5%. Alle stimuleringsprogramma’s zouden
dan ook nog moeten stoppen. Er werd aan toegevoegd dat hoe
langer er wordt gewacht met fiscale aanpassingen hoe pijnlijker
de gevolgen zullen zijn.
Voorts werd in hetzelfde artikel van Bloomberg
gemeld dat op basis van de berekeningen van het CBO (Congressional
Budget Office) het fiscale “gat” wordt getaxeerd op ruim $200
biljoen (met 12 nullen!). Dat is ongeveer 15 maal de nu voor
feitelijk aangehouden Amerikaanse schuld.
Verder citerend: ‘this gargantuan discrepancy between our
“official” debt and our net actual indebtedness isn’t
surprising. It reflects what economists call the labeling
problem. Congress has been very careful over the years to label
most of its liabilities as “unofficial” to keep them off the
books and far in the future’. M.a.w. dit gigantisch
verschil tussen de “officiële” schuld en de feitelijke is niet
zo vreemd. Het wordt door economen aangeduid als het
“label”probleem. Het Congres is altijd erg voorzichtig geweest
door de meeste verplichtingen (bij voorkeur) aan te duiden als
“onofficieel” om ze voor lange tijd uit de boeken te houden. In
eenvoudig Nederlands duidt dit op “volksverlakkerij”. Dit zelfde
“spelletje” spelen de banken ook!
Er zijn slechts twee “oplossingen” denkbaar:
a) schulden
afbouwen met aan de keerzijde zware korting op sociale
uitkeringen, (staats)pensioenen, drastische belastingverhogingen
en sterk stijgende kosten van levensonderhoud
b)
of de overheid gaat middels
de geldpers onverminderd verder met het betalen van rekeningen
inclusief de rentebetalingen op schulden, die alleen al in de
V.S. richting $1.000 miljard op jaarbasis belopen; de gevolgen
voor een flink deel overlatend aan het nageslacht.
|
 |
Over de gevolgen: algemene verarming, stijging van de rente en
de kosten van de levensbehoeften is in dit kader al genoegzaam
gesproken. Er is geen politicus of centrale bankier die deze kat
de bel durft aan te binden. Ze weten immers maar al te goed dat
we ons al het vergaarde “speelgoed” sinds de Tweede Oorlog niet
zo maar laten ontnemen.
Europa
In Europa liggen de zaken wel iets
gedifferentieerder maar niet beter. Zo hoor je bitter weinig
meer over de uitstaande leningen in Oost-Europa en dankzij de
stress tests is ook de spanning uit de “knoflook”landen even
weg. Maar daarmee los je geen problemen op. Je stelt alleen de
oplossing uit. Er wordt slechts getracht het tij met tijd te
winnen!
Opvallend genoeg stond er in het Duitse blad Die
Zeit vermeld als zou de EU Duitsland hebben verordonneerd de
schulden van de WestLB en Hypo Real Estate (deze laatste bank
zakte voor het “stress examen”) tot de nationale schuld te
moeten gaan rekenen. Volgens Bloomberg zou hiermee Duitsland’s
schuldenlast abrupt stijgen naar 90% van het BBP, ver boven de
Maastricht limiet van 60%. Als dit juist mocht zijn dan schept
het een precedent voor alle landen met banken die met toxid
loans in hun maag zitten en dat zijn er vele! Hoeveel in
Europa is niet bekend maar in elk geval nagenoeg alle grote.
Olifant in de pels
In de V.S. taxeert men dit aantal banken thans op
een slordige 1.600 met een gezamenlijk negatief saldo van ruim
$3200 miljard, dus met een redelijke kans op een bank run
als er niet wordt ingegrepen. Maar dat is niks vergeleken met de
nog uitstaande high risk derivaten met een getaxeerde
omvang van $670.000 miljard. Dit bedrag dient dan wel door twee
te worden gedeeld, want er zijn altijd een debiteur en een
crediteur bij betrokken (zie
ook
deze column van 28 november 2006 met als titel “Olifant in
de Pels”).
China
Dit allemaal wetende is de grote vraag wat China
als houder van een kleine $1.000 miljard aan Amerikaanse
schuldpapier en een overige valutareserve van ca. $900 miljard
alsmede een equivalent van ca. $500 miljard in euro’s, in yen en
nog wat Koreaans staatspapier gaat doen. De economische groei in
China geniet verreweg de hoogste prioriteit, dus de Chinezen
kunnen niet anders dan hooguit een beetje meer diversificatie in
hun reserves aanbrengen.
|
 |
Vandaar dat de Chinese autoriteiten wel bij tijd en wijle een
signaal afgeven maar tegelijk weten ze dat ze vanuit de V.S. een
koekje van eigen deeg krijgen om de waarde van de yuan opwaarts
bij te stellen. (Tussen haakjes: een duurdere yuan zou op zich
al de inflatie in Amerika en Europa in de hand werken). Het
beste wat China kan doen is interen op de immense valutareserves
door daarvoor belangen te kopen in de grondstoffensector,
uiteraard te betalen met dollars. Verder zit het land met een
ongekende vastgoed bubble met naar men zegt een leegstand van
een slordige 65 miljoen woningen c.q. appartementen. In dat
geval zal ook hier iets minder moeten worden gegroeid.
Resultaten van de geldverruiming
Voor de Fed blijft het onverkort “een klein
kunstje” een nieuwe geldverruiming (quantative easing)
aan te kondigen (het enige middel om de zaak aan de praat te
houden en deflatie proberen te vermijden), waarbij de federale
bank de staatsschuld overneemt en bij wijze van spreken in
briefjes van $100 aan het ministerie van Financiën doneert.
Alleen op deze wijze kan de rente op nagenoeg op stand nul
blijven, want andere marktpartijen (China?) zouden eens om een
hoger rentetarief kunnen vragen.
Wat hebben intussen alle stimuleringen opgeteld
opgeleverd? Inderdaad, niet meer dan een minimale groei die
evenredig afneemt bij het wegvallen van de
stimuleringsmaatregelen. Dit laat onverlet een reële
werkloosheid van minstens 16% (ShadowStats), 40 miljoen
Amerikanen (13% van de bevolking!) die nu op food stamps
leven, een verder terugzakkende huizenmarkt met één op de vijf
hypotheken “onder water” (geschat op $800 miljard negatief) en
een negatieve Fed balans van $2.300 miljard. |

Nieuw vooruitzicht? |
Vernietigend artikel
Voormalig directeur van president Reagan’s Office
of the Management and Budget David Stockman schreef op 10 dezer
een vernietigend artikel op MarketWatch, dat hij beter in de
jaren ’80 had kunnen schrijven, waarin hij in ‘Four
Deformations of the Apocalypse’ aangaf
1) dat de ellende in Amerika is begonnen met Nixon’s
dollar/goudontkoppeling
2
met als gevolg een dodelijke, immens grote onproductieve
financiële sector
3 dat het Congres niets anders te doen staat dan het
faillissement aanvragen
3
en bijgevolg de wellfare state dreigt om te slaan
in een warfare state omdat steeds mensen steeds
meer zullen moeten inleveren en de straat dreigen op te gaan.
|
 |
Tijdens het schrijven van deze column staan Fannie Mae, Freddie
Mac en Ginny May (door de Amerikaanse federale overheid
gesponsorde hypotheekbanken) wederom aan de deur voor nieuwe
financiële bijstand van enige honderden miljarden. Laten
omvallen kan niet dus maar weer bijdrukken!
Omgekeerde pyramide
Het is niet voor niets dat de G-8 (groep van
grootste industriële naties) min of meer de idee van
quantative easing hebben omarmd, omdat er geen enkel ander
“bestrijdingsmiddel” voorhanden is dan boven in punt @
aangegeven. Metaforisch zou je kunnen zeggen dat we leven in een
tijd waarin de pyramide omgekeerd op z’n punt staat en er maar
een klein duwtje nodig is om het omvalproces te zien voltrekken.
Hoewel Prechter (Elliott Wave) en Marc Faber
(bekend Zwitsers financieel deskundige) het niet altijd met
elkaar eens zijn, hebben ze elkaar wel gevonden op een Dow van
1000 punten, maar met Faber’s aantekening in wat voor soort
dollars c.q. in een nieuwe denominator (geldwaarde) uitgedrukt
(zie ook “De Financiële Markt)
op
www.robertbroncel.com).
|
 |
Terugkijkend naar de jaren ’30 duikelde de Dow met 89% en om
“het zaakje te stabiliseren” werd het goud gefixeerd op $35 per
troy ounce. Maar dat verhinderde edelmetaalfondsen als Dome
Mines en Homestake Mining niet om juist stijgingen van resp.
558% en 474% te laten zien. Beide fondsen verhoogden in die
tijd bovendien hun dividenden met bijna 100%!
Deflatie of (hyper)inflatie
Deze vraag doemt voortdurend op in de financiële
pers. Het antwoord is in wezen simpel. Zolang de banken het van
de overheid verkregen geld om hun balans te verstevigen “tegen
de borst houden” dus niet uitlenen, blijft het deflatiespook
rondwaren (Japan scenario). Zodra dat geld middels kredieten
weer in omloop wordt gebracht dan doemt het inflatiespook op.
Dat geldt natuurlijk ook wanneer het vertrouwen in het oneindig
geproduceerde fiatgeld (zonder onderpand) gaandeweg ophoudt en
behangpapier uiteindelijk duurder wordt dan het bankpapier. Een
andere inflatiefactor vormen de grondstoffenprijzen, het
edelmetaal niet in de laatste plaats, een en ander als gevolg
van een doorzettende economische groei in de BRIC landen, beter
afgekort als de CIBR landen.
Zo is Bill Gross van Pacific Investment
Management Co (PIMCO), het grootste obligatiefonds ter wereld
meer gefocust op deflatie, terwijl Warren Buffett, ’s werelds
meest succesvolle belegger – meer aan inflatie denkt en zijn
beleggingen in overheidspapier juist afbouwt. In een recente
‘poll’ van ZeroHedge kwam naar voren dat 7% voor inflatie ging,
24% voor deflatie en 29% voor stagflatie (stagnerende economie
bij een oplopende inflatie). 41% ging echter voor ‘we have
passed the point where either matters’ (we hebben het punt
al gepasseerd waar geen van deze scenario’s er nog maar iets toe
doet!). Nu ging het hier slechts om een ‘sample’ van 523
uitgebrachte stemmen, hetgeen niet als representatief maar wel
enigszins als indicatief mag worden beschouwd.
ECRI
Opeens komt daar ECRI (Economic Cycle Research
Institute) uit de cyberspace rollen. Bijna niemand kende dit
instituut dat al in de jaren ’50 is opgericht door ene Geoffrey
H. Moore. Hij heeft een lijst van leading indicators
opgesteld aan de hand van een mondiaal economisch
cyclusonderzoek. Op grond van dit onderzoek kwam hij in 1958 tot
een zgn. samengestelde index methode die werd vorm gegeven in
zijn Weekly Leading Index (WLI). Na zijn succesvolle
voorspellingen wordt hij nu wel aangeduid als de “vader van alle
leidende indicatoren”. Blijkens zijn website staat een
langjarige ervaring van cyclusvoorspellingen bijna garant voor
een feilloze verwachting. Zo hanteert dit instituut 19
toegespitste leidende indexen (dus niet indicatoren) binnen wat
Moore noemt een ‘economic cycle cube’.
Nu kun je zeggen dat de omstandigheden deze keer
met bailouts, stimuleringsprogramma’s, garantiestellingen en
interventies (net woord voor manipulaties) allemaal wat anders
zijn. Maar op zijn website zegt hij dat het gaat om het volgen
van the key drivers of the business cycle, rather than in
data fitting’, dus om het volgen van de belangrijkste
vliegwielen meer dan het volgen van de cijfers. Hij legt daarbij
de nadruk op de ontwikkeling van leidende indexen die ook stand
houden in een omgeving van structurele veranderingen ‘using
models that do not depend on standard simplifying assumption’s
(uitgaande van modellen die niet afhankelijk zijn van standaard
vereenvoudigde aannames).
|
 |
Zijn Index Reading gaat terug tot 1968. Op bijgaande grafiek is
thans een getal zichtbaar van min 10,7. Bij een cijfer beneden
min 10 dient zich volgens deze methode een recessie aan.
Opvallend is dat de situatie sinds 2008 op deze grafiek een
ongemeen volatiel beeld laat zien. Dat kan gegeven de ingrepen
op de markten geen toevalligheid zijn. Normaal gesproken loopt
de voorspelling bij Moore 8 maanden vooruit op de uitkomst. De
vraag blijft hoe lang de markt(be)spelers binnen de huidige
remisestand weten te blijven. Als Moore’s voorspelling ondanks
alle manipulaties opgeld doet, is er een nieuwe Kondratieff
opgestaan.
Robert Broncel
Copyright,
20 augustus 2010
|
|
|
|
|
|
|